Ik geef grif toe dat het ook voor mij soms makkelijker gezegd is dan gedaan om in bepaalde situaties mindful te reageren. Bijvoorbeeld wanneer je al maanden relatief vlot met bijzonder veel goesting mooie afstanden hardloopt, tijdens individuele ritten langs het kanaal het tempo er meer dan ooit inhoudt of stevig kopwerk voor je makkers kunt verrichten en dan plots een halt toegeroepen wordt door je lichaam dat het op zijn heupen krijgt van je naar jouw gevoel gezonde ambitie. Of bijvoorbeeld wanneer je merkt hoe moeilijk het is om de perceptie van een ander bij te sturen wanneer die niet of nauwelijks de gesloten hoek van zijn eigen waarheid openstelt.
Op het vlak van sporten heb ik al eerder mijn grenzen afgetast en dacht ik er ondertussen voldoende uit geleerd te hebben door niet te overdrijven en verstandig op te bouwen. Zo liep ik tijdens de kerstvakantie voor de eerste keer een individuele halve marathon nadat ik stap voor stap de afstand vergroot had zonder op snelheid te focussen. Zo fietste ik, in de voorbereiding naar langere collectieve ritten, op mijn eentje vlakke temporitten van ruim 100 kilometer aan een fraai gemiddelde. Op geen enkel moment gaf mijn lichaam aan dat ik in het rood ging want ik forceerde niet en verzorgde me goed. De collectieve rit van 160 kilometer viel bijzonder goed mee, al hadden het er geen 180 moeten zijn. Goed ingeschat. Dacht ik. De drie dagen nadien stel ik echter vast dat ik door een stekende pijn in mijn heup amper nog kan stappen.
Ik neem een aantal dagen rust en beperk me nadien tot koffiemolen-fietsen in een zeer lichte versnelling en jog rustig een korte afstand. De eerstvolgende rit in groep nestel ik me veilig in het wiel. Dat valt mee. Zodra het bij een volgende individuele test intensiever wordt, voel ik echter dat het knaagt en neem ik gas terug. Want dat heb ik (eindelijk) geleerd. Wanneer vrouwlief vraagt waarom ik al zo vroeg terug thuis ben, antwoord ik dat mijn lichaam me adviseerde om de rit in te korten en dat ik er vroeger niet naar geluisterd zou hebben. Tijdens een steviger rondje met een aantal kameraden houd ik me in want zodra het bergop gaat, moet ik na verloop van tijd de pijn verbijten. Door het ene stuk van mijn lichaam te ontzien, duiken ergens anders krampjes op. Verdorie. Gelukkig haalt de kalmte in mijn hoofd het van de frustratie telkens ik een achterwiel kleiner zie worden. En geniet ik op andere manieren – de omgeving en het gezelschap – van het moment. Niet forceren. Oef. Het lukt toch.
En dan objectiveren. Ik gun mijn lichaam de rust die ik mijn hoofd vind en kom tot een actieplan. Online stel ik vast hoeveel spieren, pezen en slijmbeurzen er aan de bovenkant van het been samenkomen en herken ik de symptomen. Bij de dokter komt de bevestiging en krijgt de pijn het medische label ‘trochantersyndroom’ opgeplakt. Ontstekingsremmers. Gelukkig nog niet onmiddellijk een inspuiting met cortisone. De eerste afspraak bij de kine ligt vast. Ik neem mijn fiets grondig onder de loep en merk speling op de pedalen, rechts wat meer dan links. Die gaat naar de hersteller want elk verschil kan gevolgen hebben bij (te) lange inspanningen. Een bezoek aan de podoloog komt er ook om mijn houding, steunzolen en hardloopschoenen te checken en indien nodig aan te passen of te vervangen. Als laatste houd ik een nieuwe analyse van mijn fietspositie achter de hand. Die dateert van 2015 toen ik knieproblemen had, waarbij alles netjes op mijn – ahum – unieke lichaam afgesteld werd, van schoenplaatjes over zadel tot stuur. Alles zo objectief mogelijk en zonder er emoties of frustraties aan te koppelen.
Objectiveren. Het is een techniek die ik een aantal jaren geleden ook in een professionele context van mijn toenmalige manager opgepikt heb. We hadden als ik me goed herinner een tweewekelijks overleg, waar we diverse agendapunten bespraken en strategische of andere organisatorische knopen met een zo open mogelijk vizier doorhakten. Soms bleek dat moeilijk omdat emotie en ego de lenzen wel eens vertroebelden. Aangezien we op dat moment volgens hem niet allemaal in kernmodus waren, werd het item losgelaten om nadien of tijdens de volgende meeting opnieuw vast te pakken. Het bleek meermaals efficiënt.
De lens waarmee je naar iets kijkt, bepaalt namelijk je perceptie. En elke lens heeft haar grens. Daarbij is het bijzonder moeilijk om die te bevrijden van emotieveegjes of egovlekjes. Een poetsdoekje om die met één zachte beweging denkbeeldig weg te halen zodat je gezichtsveld verruimd wordt tot alle hoeken van een zo geobjectiveerd mogelijke realiteit: dat zou waardevol zijn. Hoe waar is jouw werkelijkheid? Hoe werkelijk is jouw waarheid? Ligt het antwoord op je twijfel misschien ergens in het midden?
Ik weet uit ervaring dat het bijzonder moeilijk is om je niet over te geven aan de kronkels van je brein die je via zijn eigen leugendetector telkens weer verschalkt. Het kan ervoor zorgen dat je zoals sportief tegen je lichamelijke grenzen aan te lopen ook professioneel een mentale slag van de hamer krijgt. Zo leverde ik diverse gevechten tegen mijn eigen perceptie en sloeg ik er uiteindelijk gelukkig in om me er niet meer zomaar aan over te geven en mezelf in een soort emo-neutrale realiteit terug te vinden. Dezelfde strijd doet zich ook wel eens voor op het vlak van perceptie die anderen over jou hebben. En laat vanuit de behoefte aan authenticiteit andermans beeld over jou door een HSP nu net als heel belangrijk aangevoeld worden.
Ook dat overkwam me recent nog toen ik voelde hoe iemand mij bepaalde intenties toedichtte die helemaal niet de mijne zijn. Het escaleerde en had een tijdbom kunnen worden wanneer ik het zoals voorheen op zijn beloop had gelaten. Op een bepaald moment voelde ik me echt boos worden. Een glas water halen en even buiten gaan ademen. Het werkt echt. Later die dag heb ik tijdens een babbel mijn intenties zo transparant mogelijk duidelijk gemaakt, want het kan zijn dat ik ongewild voor een bepaald beeld zorg. Ik heb dat moment echter ook gebruikt om in alle begrip mijn grenzen te stellen: dat ik het niet meer aanvaard wanneer (in het bijzijn van anderen) een perceptie levend gehouden wordt die stelt dat ik iets beoog wat niet het geval is en dat ik niet vruchteloos tegen andermans bril blijf vechten.
Het belangrijkste om die situatie voor mezelf mindful te ontmijnen? Dat ik er ’s avonds op teruggekeken heb, eerst heel even boos was op mezelf omdat ik kwaad werd en hoe mildheid me naar een schouderklop voor gevonden rust en grenzen afbakenen gegidst heeft. Stop eens zo’n poetsdoekje in je zak. Haal het boven als je die behoefte voelt. Maak het tastbaar. Vegen. Objectiveren zonder jezelf of anderen te forceren. Ontstekingsremmend.
Foto boven – Ik laat het graag aan jouw perceptie over wat je erin ziet. Je zou kunnen zeggen dat het er komt door de dingen te aanvaarden zoals ze zijn of net door dat niet te aanvaarden.
Subtiele signalen of uitspraken worden soms te persoonlijk opgevat zonder ze voldoende te toetsen.
Sociaal contact om voeling te blijven houden en om te voorkomen dat onze gedachten een eigen leven gaan leiden is dan nuttig.
Dank om onze aandacht hierop te vestigen.
LikeLike
Wijze raad ik zal het onthouden!
LikeLike